Vlak voor de opening van de presentatie Alleen met Vermeer organiseerde het Mauritshuis een zogeheten ‘eye-tracking’ onderzoek bij het beroemde schilderij Gezicht op Delft. Uit het onderzoek blijkt, dat er verschil bestaat tussen hoe ‘kunstkenners’ * dit in Delft geschilderde werk waarnemen en mensen die minder vaak in aanraking komen met kunst.
De laatste groep kijkt vaker en langer naar elementen als de lucht, het water van de Kolk en de kade van de stad, dus ‘gespreid’ over het schilderij. De kunstkenners focussen juist meer en langer op de details van de bebouwing op het doek. Beide groepen kijken naar dat laatste element, maar de niet-kunstkenner ‘zwerft’ meer over het schilderij dan verwacht. Het onderzoek wees uit dat de bebouwing in het midden van het stadsgezicht hetgeen is waar alle deelnemers het meest op zijn gefixeerd.
Eye-tracking bril
Tijdens het eye-tracking onderzoek, in samenwerking met Motivaction en Alpha.one*, kregen 40 deelnemers (kunstkenners én niet-kunstkenners in de leeftijd van 18 tot en met 80 jaar) de bijzondere kans om tien minuten met een speciale bril naar Gezicht op Delft te kijken. Een eye-tracking bril registreerde onder andere de kijkrichting, tijdsduur en details waarnaar de deelnemers keken. Het doel van het onderzoek was om antwoord te kunnen geven op vragen als: Is er een aantoonbaar verschil in de manier waarop een kunstkenner naar het schilderij kijkt ten opzichte van een niet- kunstkenner? Welke details trekken de aandacht?
Fixaties
Om tot een duidelijk antwoord te komen werd tijdens het onderzoek meer in detail gekeken naar ‘fixaties’. Dat wil zeggen periodes waarbij de ogen relatief lang stil blijven staan bij een bepaald detail. Door focuspunten te definiëren, ook wel Areas of Interest (AOI) genoemd, kon men achterhalen naar welke details in Gezicht op Delft het vaakst of juist het langste werd gekeken. Voorafgaand aan het onderzoek werd het schilderij daarom opgedeeld aan de hand van de vier horizontale elementen: de lucht, het stadsgezicht, het water van de Kolk en de kade. Daarnaast was er een opdeling in zeven ‘hoofdstructuren’ in het schilderij, verdeeld over de bebouwing in het toenmalige Delft: Oude Kerk, Brouwerij de Papegaai, Armamentarium, Kethelpoort, Schiedamse Poort, Nieuwe Kerk en de Rotterdamse Poort. Tot slot werden vier bekende details in het schilderij uitgelicht: de figuranten, de zonverlichte daken, de haven en de schepen en als laatste de toren van de Nieuwe Kerk.De fixaties zijn vertaald in ‘heatmaps’ om te achterhalen hoe er door elke individuele deelnemer als geheel werd gekeken naar het schilderij. Een donkere kleur geeft aan dat de aandacht voor een specifiek detail uit Vermeers meesterwerk hoger is. Een lichte kleur toont dat er weinig of amper is gekeken naar het desbetreffende element of detail.
Dick Swaab
Niet alleen deelnemers werden onderworpen aan de rust van het Gezicht op Delft, ook arts en neurobioloog Dick Swaab (1944) mocht alleen zijn met het schilderij. Volgens Swaab komen de resultaten overeen met de manier hoe hij zelf naar het schilderij keek. ‘Iedereen kijkt in eerste instantie naar de stad, ongeacht kunstkenner of niet-kunstkenner. Mensen die weinig ervaring hebben met schilderijen schieten gelijk naar boven, beneden, van link naar rechts. Maar ze beginnen ook met kijken naar de stad, om vervolgens te focussen op verschillende dingen.’ Swaab over de werking van de hersenen bij het kijken naar een kunstwerk: ’Ieder brein heeft een andere achtergrond als je naar een schilderij kijkt. Wanneer iets je interesseert, dan focus je daarop. Je begint met kijken door middel van de achterkant van je hersenen. Daar worden structuren omlijnd. Vervolgens wordt informatie over kleur naar boven gestuurd, verwerkt en opgeslagen, en dingen en gezichten worden naar temporaal gestuurd. Al deze informatie verbind je weer aan elkaar om het gehele beeld te krijgen en breng je in contact met wat er in je geheugen opgeslagen ligt en met het belonend systeem als je iets mooi vindt. Hetgeen wat je boeide blijft hangen, terwijl de overige elementen worden vergeten.’ *Kunstkenner gaat meerdere keren per jaar of maand naar een kunstmuseum.
**Niet-kunstkenner gaat maximaal 1 keer per jaar naar een kunstmuseum.
***Motivaction is een onafhankelijk onderzoeksbureau, gespecialiseerd in het zoeken naar, en vinden van, de motieven en drijfveren achter gedrag. Alpha.one is een exclusieve onderzoekspartner van Rotterdam School of Management, Erasmus Universiteit (RSM) op het gebied van consumenten neurowetenschap.
Arts en neurobioloog Dick Swaab en schrijver Abdelkader Benali over het eye-tracking onderzoek.